1. Een band oppompen met een Jumbo-pomp

Wie begint met wielrennen, zal niet direct denken aan de aanschaf van een speciale pomp. De Jumbo-pomp voor de stadsfiets met een verloopstukje moet toch voldoen? Totdat je erachter komt dat die pomp niet verder komt dan een bar of 4. De volgende stap is het kopen een middelmatige hogedrukpomp, die gaat vervolgens kapot en de laatste stap is dan de aanschaf van een SKS Renkompressor of een Joe Blow II.

2. Vertrouwen op ANWB-bordjes

Wie begint met wielrennen komt ineens op plaatsen waar hij/zij normaal nooit komt. Dat is natuurlijk één van de dingen die deze sport zo leuk maakt. Een beginner zal nog niet meteen over een GPS-apparaat beschikken, dus vertrouw je op je richtingsgevoel en een wit met rood ANWB-bordje. Dat wordt al snel spoorzoeken, want het systeem is notoir onbetrouwbaar, vooral in steden. Dan maar weer die smartphone uit de zak om te kijken hoe je nu weer moet fietsen. Verdwalen hoort erbij, helaas.

3. Van huis gaan met te weinig eten op zoek

Snel nog even wat uurtjes van de zon genieten. Hop, na het werk de wielerkledij aan en bollen maar. Eenmaal onderweg kom je erachter dat je niks te eten bij je hebt. Ach, dat gaat best. Je gaat echt niet stoppen bij een benzinestation, wat een onzin zeg. Totdat na 2 uur ineens de man met de hamer voorbij komt. Wegens een gebrek aan suikers sta je totaal geparkeerd. Je bent blij als je weer thuis bent.

4. De temperatuur verkeerd inschatten

Gisteren reed je met korte broek, dus dat zal vandaag ook wel weer zo gaan. In een ander land misschien. In Nederland met zijn zeer instabiele weer is dat een gevaarlijke aanname. Temperatuursverschillen kunnen zo maar 10 graden zijn.

5. Vergeten uit de klikken

Dit is iedere renners wel eens gebeurd. Je rijdt op een stoplicht af en vergeet uit te klikken en BAM, daar lig je. Het rijden met klikpedalen vergt nu eenmaal enige oefening. Niks om je voor te schamen dus. Zelfs niet als het je later nog eens gebeurt.

Welke fout maakte jij als beginnende wielrenner?