Een lezer mailt ons met een ‘domme’ vraag: waarom rijden de profs met tubes? Wij duiken erin. Allereerst moeten we de vraag wat verder aanscherpen. Profs rijden namelijk zeker niet altijd met tubes; trainen geschiedt vrijwel altijd op clinchers en ook in koers worden wel eens andere systemen gebruikt. Zo rijden profs ook in koers wel eens met clinchers en reed de inmiddels opgeheven profploeg IAMCycling door sponsorverplichtingen met tubeless banden van Schwalbe. Toch is het zo dat het overgrote deel van het peloton zijn wedstrijdkilometers nog altijd maakt op die goede oude tubes.
De klassieke foto van Coppi en/of Bartali met de tube om de nek: wie kent hem niet? In vroeger tijden was er simpelweg geen keuze. Clinchers waren niet-bestaand of dermate slecht dat tubes de enige optie waren. Vanaf de jaren ’80 begonnen bandenfabrikanten fors te investeren in clinchers. Begin van deze eeuw leidde dat tot een belangrijke mijlpaal: de rolweerstand van de beste clinchers dook onder die van die van de beste tubes. Precies de reden dat bijv. Tony Martin kiest voor clinchers in sommige tijdritten. Waarom koersen de profs dan nog altijd met tubes? Hiervoor is een aantal redenen
1. Lichtere velg
In het profpeloton heerst nog altijd de hardnekkige en deels onterechte claim dat draaiende delen zo licht moeten zijn. Een tubewiel weegt door het vlakkere velgbed iets minder dan een clinchervelg. Voor wie meer wil weten over de zin en de onzin van lichte wielen: leestip.
2. De band loopt er moeilijker af
Een correct geplakte tube zal niet snel van een velg aflopen, ook niet als de tube lek is. Voor een prof is dat een belangrijk voordeel, want als de volgauto niet meteen in de buurt is bij een lekke band kan doorgereden worden. Ideaal is dat uiteraard niet, maar het is beter dan stil staan.
3. Minder kans op stootlekken
Een tube heeft minder kans op stootlekken – precies de reden dat alle professionele crossers met tubes rijden.
4. Traditie
Tubes behoren tot de traditie in het wielrennen, dat is ook absoluut een reden om er niet vanaf te wijken.
5. Minder kans op smeltende carbonvelgen
Carbon tubevelg is met velgremmen lastig kapot te remmen, van carbon wielen voor clinchers is bekend dat dit zeker wel mogelijk is. En áls je een carbon tubevelg kapot zou remmen dan is de kans groot dat de tube erop blijft zitten. Nu is dit argument voor profs niet (meer) zo relevant. Ten eerste omdat carbon velgen voor clinchers de laatste jaren veel beter zijn geworden, ten tweede omdat profs licht zijn en weinig remmen in de afdaling en ten derde omdat steeds meer profs met schijfremmen rijden.
6. Betere rij-eigenschappen
De constructie van een tubevelg en tube is wezenlijk anders dan die van een clincher. Daardoor heeft de tube in principe betere rij-eigenschappen. Dat is de theorie. De praktijk is weerbarstiger. Niet iedereen is het erover eens dat tubes daadwerkelijk veel beter rijden. De echte tube-freaks roemen het bochtengedrag en het betere comfort. Maar er zijn evenzoveel renners die zeggen dat weinig tot geen verschil is met goede clinchers. En een derde groep zweert juist weer bij tubeless, een systeem dat we ook steeds meer zien in de WorldTour. Zo rijdt Team Lotto Soudal de tijdritten met tubeless banden.
Heb jij ook een "domme" vraag? Mail 'm naar info@cyclokalender.nl of zet 'm in de reacties op Facebook.