Direct links with utm code for sharing on social media
Click on the button to copy the content (url)
Het grote beklimmingen woordenboek
Col of pas? Berg of helling? CycloWorld zette alle woorden die je in het wild tegenkomt op een rijtje.
Alm. Beiers voor 'alpenweide'. Wordt vooral in Oostenrijk soms gebruikt om beklimmingen een naam te geven, bijvoorbeeld de Unterstaller Alm. Ook een enkele keer in Italië (Rodenecker Alm).
Alpe. Uiteraard refererend aan het Alpengebergte. Wordt zowel in Frankrijk (Alpe d'Huez) als in Italië gebruikt (bijvoorbeeld de Alpe di Rodengo).
Alto. Letterlijk: hoogte. Veel Spaanstalige beklimmingen beginnen met Alto, zoals de Alto de Angliru. Soms afgekort als 'Alt'.
Ballon. Wordt gebruikt in de Vogezen om bergen aan te duiden, uiteraard gebaseerd op de opblaasbare variant. De Grand Ballon, de Ballon de Servance en de Petit Ballon zijn enkele voorbeelden.
Barranco. Spaans voor een nauwe, vrij diepe kloof. Zie ook gorges.
Berg. In Nederland hebben we niet veel heuvels, en dus ook niet veel woorden om ze aan te duiden. Verreweg de meeste beklimmingen heten berg. De Keuteberg en de Amerongse Berg zijn twee voorbeelden. Wordt ook veel in Vlaanderen gebruikt, bijvoorbeeld de Paterberg en de Bosberg. Maar ook in Duitstalige landen wordt berg gebruikt, al is het dan meestal achter de naam, bijvoorbeeld de Bamberg in Zwitserland.
Bocca. Italiaans voor mond, afgeleid van het Latijnse bucca. Wordt vooral gebruikt bij Vulkanische beklimmingen.
Capo. Betekent baas / chef, maar wordt met name in de streek van Ligurië (Italië) ook gebruikt om heuvels aan te duiden. Een voorbeeld is de Capo di Valle. Leuk weetje: de Poggio di Sanremo is ook een Capo. Zie ook Poggio.
Campo. Italiaans voor veld. Cima Campo.
Cerro (voluit 'el cerro', Spaans): De heuvel, de bult. Wordt veel in Midden-Amerika gebruikt, meestal vulkanisch. Vaak niet met een racefiets te beklimmen.
Champ. Frans voor veld.
Cima. Letterlijk bergtop in het Italiaans (ev). Bijvoorbeeld de Cima Campo uit de Sportful Dolomiti Race. Zie ook Cime.
Cime. Letterlijk bergtop in het Frans (ev) en bergtoppen in het Italiaans (mv). Meest bekende voorbeelden zijn de Cime de la Bonette en de Tre Cime di Lavaredo (Italië). De Cime de la Bonette ligt hoger dan de col, en kan daarom geen col heten.
Col. De Franse term voor pas. Er bestaan hier verschillende definities van. Volgens de officiële Franse definitie gaat het om "het hoogste punt van de weg, gelegen tussen twee hoger gelegen bergtoppen. Volgens die definitie moet je aan beide zijden van de col naar beneden kunnen rijden, en van de weg af aan twee zijden naar boven kunnen lopen."
Colle. Een col in het Italiaans. Komt oorspronkelijk uit het latijn (collis). De deels onverharde Colle del Sommeiller, één van de hoogste van Europa, is een zeer bekende.
Collada / collado. Spaans voor heuvel.
Collina. Heuvel (Italiaans).
Côte. Een helling (Frans). De meest bekende in de Benelux is natuurlijk de Côte de la Redoute.
Corniche. Een weg langs een kloof, kust of oever (Frans). De meest bekende zijn wel de Corniche Supérieure (in de buurt van Nice) en Corniche Sublime aan de zuidzijde van de Gorges du Verdon.
Crête. Betekent letterlijk bergkam in het Frans. Een bekend voorbeeld is de Crête de Chatillon, die ook wel Semnoz genoemd wordt.
Crêtes. Meervoud van crête (bergrug). Vaak gebruikt in een Routes des Crêtes, die meerdere bergtoppen in een gebied verbindt (bijvoorbeeld in de Vogezen, Cevennen of noordzijde van Gorges du Verdon).
Dries. Vlaams woord voor weiland, dat soms gebruikt wordt om een heuvel aan te duiden. Bijvoorbeeld de Berendries.
Forca, forcella. Italiaans voor vork. We komen de Forca's veel tegen in de Apennijnen waar ze een pas aanduidden (de vork in de berg, dus het laagste gedeelte, vergelijkbaar met Sattel of Col). Bekende voorbeelden zijn de Forca di Gualdo, Forca Canapine en Forca di Presta die de toegang zijn tot de hoogvlakte Piano Grande in het Parco Nazionale dei Monti Sibillini.
Gorge. Frans voor kloof. Bekende voorbeelden zijn de Gorges de la Nesques en de Gorges du Verdon.
Hill. Engels voor heuvel.
Hoch. Duits voor hoog. Wordt meestal voor een naam geplakt: Hochsölden of Hochtor.
Höhe. Duits voor hoogte of hoogvlakte. Zie Alto. Bekend voorbeeld is de Pillerhöhe in Oostenrijk.
Horn. Letterlijk hoorn in het Duits, verwijst naar de vorm van het bovenste deel van de berg. De Matterhorn is een bekend niet-befietsbaar voorbeeld. De verschrikkelijke Kitzbühler Horn kun je wel opfietsen, mits je goed getraind bent.
Joch. Letterlijk 'juk'. Term die voornamelijk in Duitstalige gebieden gebruikt wordt, voornamelijk Tirol (Oostenrijk), Zuid-Tirol (Italië) maar ook in Zwitserland. 'Joch' verwijst meestal alleen naar het hoogste punt van de overgang. In het Italiaanse Zuid-Tirol zie je vaak zowel de Italiaanse als de Duitstalige versie staan, bijvoorbeeld: Passo Gardena / Grodner Joch. Zie ook Pass en Passo.
Lac. Frans voor meer. Niet zelden worden beklimmingen naar meren genoemd.
Lago. Spaans voor meer, zie Lac. De meest bekende is wel Lagos de Covadonga.
Lake. Engels voor meer, zie Lac.
Mirador. Spaans voor uitkijkpunt.
Mauer. Letterlijk muur in het Duits, zie Mur. Een bekend voorbeeld dichtbij huis is de vreselijk steile Widdauer Mauer, in de noordelijke Eifel.
Mont. Frans voor berg. Mont Blanc of Mont Bouquet.
Monte. Italiaans voor berg. De steile Monte Zoncolan, of de legendarische Monte Grappa zijn bekende voorbeelden.
Montée. Letterlijk stijging in het Frans.
Mur. Een muur in het Frans. Meestal een korte steile helling. De Mur de Bretagne is eentje die regelmatig in de Tour zit, en daardoor enige bekendheid heeft. Ook in Wallonië: Mur de Huy.
Pas. Volgens Wikipedia is een pasovergang "'in wiskundige zin, een zadelpunt in het aardoppervlak. Op een bergrug is het het laagste punt, daarom is een bergpas de ideale plaats om aan de andere kant van de berg te komen. Toch is het voor de reiziger een hoog punt, hij moet klimmen om de pas te bereiken". Er worden echter ook andere definities gehanteerd zoals: "de doorgang van de ene vallei naar de andere."
Paso. Spaanse schrijfwijze van pas. Bijvoorbeeld de Paso de Tauro op Gran Canaria.
Pass. Duitse en Engelse schrijfwijze van pas, met twee s'en dus. In het Duits en Engels achter de naam geplakt (Fernpass, Hardknot Pass), in het Duits ook heel soms ook ervoor (Pass Umbrail).
Passo. Het Italiaanse equivalent van pas, bijvoorbeeld e Passo Giau.
Peña. Spaans voor rots of cliff, wordt ook vaak gebruikt om beklimmingen mee aan te duiden.
Pic. Letterlijk top of piek. De Pic du Midi, die boven de Tourmalet ligt, is één van de meest bekende van Frankrijk. Je kunt hier met MTB naar boven, als je van klauteren houdt.
Piz. Italiaans voor top. Bekend voorbeeld is de Piz Boé in de Dolomieten. Ook in het Italiaanssprekende deel van Zwitserland (rond Pas Umbrail) wordt Piz veel gebruikt.
Pico. Het Spaanse equivalent van het Franse 'pic'. Soms 'picón' genoemd, zoals de Picón Blanco die in 2021 in de Vuelta zat en ook vaak in de Ronde van Burgos.
Point. Engels voor punt, plek. Meestal wordt een uitkijkpunt bedoeld, zie ook mirador.
Poggio. Letterlijk 'heuveltje' (Italiaans). We kennen deze term natuurlijk van de Poggio San Remo, uit de gelijknamige wielerkoers.
Port. Letterlijk poort (of haven), maar wordt ook gebruikt om een bergpas aan te duiden, zowel in Frankrijk als in Spanje. Voorbeelden: Port de Pailheres en de Port de Balès.
Puig. De letterlijk Catalaans vertaling voor heuvel. De bekendste is wel de Puig Major op het (Catalaanse) fietsparadijs Mallorca.
Puy. Wordt alleen in de Auvergne gebruikt. Het verwijst naar een oude vulkaankrater, waarvan de Puy de Dôme natuurlijk de meest bekende is.
Puerto. Spaans, zie port. Voorbeeld: Puerto de Izaña.
Salida / Salita. Soms hebben beklimmingen geen benaming zoals Pas of Col de XYZ. In Italië (Salita) en Spanje (Salida) worden dan vaak deze termen gebruikt. Het betekent 'beklimming' of 'weg omhoog'.
Sattel. Letterlijk zadel. Het verwijst naar de vorm van het terrein: het is een breed, relatief ondiep dal tussen twee bergketens of heuvels die kan worden overwonnen op een pasweg of waarvan het hoogste punt een joch kan zijn. Een bekend voorbeeld is de Kühtai Sattel, de 1e klim in de Ötztaler Radmarathon.
See. Duits voor meer. Zie Lac.
Spitze. Duits voor top. Bekend voorbeeld is de 2.571m hoge Edelweißspitze, een aftakking van de Großglockner Hochalpenstraße met zicht op meer dan dertig 3000m+ bergtoppen in de omgeving.
Sommet. Frans voor top.
Summit. Engels voor top.
Thier. Verbastering van het Franse woord 'therthe', dat heuveltje of terp betekent. Je komt dit alleen tegen in de Ardennen (zoals de Thier de Coo en de Thier de Huy).
Did you know that CycloWorld also has an online shop
Check it out.
Discount on event tickets up to 50% and much more.