Het samenstellen van een lijst zonder rekenmethode blijft wikken en wegen. Is een lange klim zonder extreme percentages lastiger dan een korte muur? En haalt een vlak stukje je uit je ritme of is het een welkome afwisseling voor de volgende steile wand? Makkelijk is het niet, maar we zijn erin geslaagd de complete lijst samen te stellen. Hierbij deel 2. Benieuwd naar deel 1? Lees het hier.
In dit artikel bespreken we vier namen die mogelijk iets minder bekend zijn, maar eentje kent iedereen. Een must-do.
Hoewel de Rue Saint-Roch al jaren vaste prik is van Luik-Bastaken-Luik heeft deze klim relatief weinig bekendheid. Waarschijnlijk komt het, omdat de helling meestal wordt aangedaan voordat de tv-uitzending begint. Maar de beelden van het peloton dat zich door het smalle straatje van Houffalize recht omhoog wurmt zijn spectaculair. Over 900 meter gaat het met een gemiddelde van maar liefst 12% omhoog. En de eerste 500 meters liggen daar ver boven. Het is harken van begin tot eind. Niks moeilijks, gewoon direct in de benen en ploeteren maar. Als je tenminste op de fiets kan blijven zitten. Voormalige deelnemers van de Liège-Bastogne-Liège Challenge en La Chouffe Classic weten er alles van.
Tochten:
Meer informatie op Climbfinder
Chaudfontaine is niet alleen bekend van mineraalwater. Deze Waalse gemeente bevat ook een groot aantal schitterende kuitenbijters. De Rue Fond des Cris is een prachtige helling die in een grote bocht omhoog loopt richting Ninane. Met bijna 2 kilometer van 8 a 9% kun je hier ideaal een Alpenklim nabootsen. Maar aan de voet van de klim vind je een afslag naar links. Deze is makkelijk te herkennen aan het bordje: 19%. Het is de Voie des Chars en je weet genoeg, dit is geen katje dat je zonder handschoenen moet aanpakken. In slechts 1300 meter komt deze op dezelfde plek in Ninane aan. Via een drietal gruwelijk steile muren gaat het recht omhoog. Vanaf de eerste meter is het direct vol aan de bak. Het tussenstuk dat volgt is nauwelijks voldoende om de hartslag naar beneden te brengen. Het prachtig geasfalteerde wegdek loopt alweer gauw omhoog om je benen nog meer te pijnigen. Deze hectometers zijn taai en er lijkt geen eind aan te komen. Na nog een kortstondig tussenstukje wacht je een laatste krachtsinspanning. Met hooguit 13% niet zo steil als de vorige twee, maar zo voelt het wel. Nog even en de kwelling is voorbij. Compleet uitgevloerd eindig je in het dorp om weer even op aarde terug te keren.
Tochten:
Meer informatie op Climbfinder
De Cote de Drolenval was enkele jaren geleden opgenomen in de route van de Klimclassic. Een hele gemene is het, want het venijn zit in de staart. Vanaf de grote weg staat het bordje Drolenval al aangegeven. Het eerste stuk rij je langs de bomen richting het dorp. De weg wordt langzaamaan steiler en van de benen wordt het uiterste gevraagd. In het gehucht Drolenval vlakt het kortstondig wat af, maar het is nauwelijks genoeg om de inspanning van de eerste 800 meter te verteren. De muur die nu volgt is werkelijk beestachtig. Slingerend en trekkend aan het stuur werken de meesten zich hier naar boven. Fietsen is even niet zo leuk meer. En 300 meter is nog verrekte lang. Maar dan zit het er echt op. Wie hier achterom kijkt ziet het bord van 18%.
Tochten:
Meer informatie op Climbfinder
De Muur van Hoei moet je gedaan hebben! Zelfs de meest verstokte wielerhater kent hem. Vroeger lag hier de aankomst van de Granfondo Eddy Merckx die helaas niet meer bestaat. Het begint bij de Chemin des Chapelles die prachtig tussen de bebouwing door loopt. Aan de ‘scheve huizen’ zie je gelijk hoe steil het hier is. Vanaf het begin staat het woord Huy in de karakteristieke letters op de weg gekalkt. Keurig bijgehouden. Het is duidelijk, Hoei houdt van zijn muur. De eerste 250 meter hakken er direct flink in. Na de tweede bocht naar rechts wordt het kortstondig wat vlakker, maar je ziet de beroemde bocht steeds dichterbij komen. Ongehoord, wat is die steil. De gelukkigen die nog op de fiets kunnen zitten slingeren en trekken aan hun stuur. Je vraagt je af hoe de profs hier nog kunnen aanzetten voor een eindsprint. De bocht is het begin van ruim 200 meter met een gemiddelde van boven de 20%. Heel langzaamaan wordt het weer wat makkelijker. Het punt waar je weer op adem gaat komen ligt nog een stuk verder weg. Met recht een beest van een klim deze beroemde muur. Maar wat een fantastische belevenis is dit stuk wielerhistorie.
Tochten:
Meer informatie op Climbfinder
In het gebied rond Dinant en Namen heeft waarschijnlijk ooit een tekort aan asfalt geheerst. In deze streek is het niet ongebruikelijk de wegen op zo kort mogelijk manier naar boven te laten lopen. En La Gayolle vormt daarop bepaald geen uitzondering. De lengte, het matige wegdek, gecombineerd met het extreem steile slot maakt deze helling een echte killerklim. Vanwege het matige wegdek heb ik eraan getwijfeld of ik hem moest opnemen. Enkele malen maakte La Gayolle deel uit van het parcours van de Tour de Namur. Toen ik hem zelf reed was het weer was perfect (zie video), maar bij nat wegdek zou het drama nog groter zijn dan het nu al was. Vanuit Yvoir is het even zoeken, maar heb je hem eenmaal gevonden loopt de weg al gauw omhoog. De eerste 900 meter gaan tegen de 10%, maar in het bos breekt de hel echt los. De video is prachtig en het stuk na 6:20 min. zegt eigenlijk alles. Een regelrechte monsterklim die met recht een plek verdient in deze lijst.
Tochten:
Meer informatie op Climbfinder
26. Cote de Beffe
25. Cote de Wanneranval
24. Thier de Nonceveux
23. Chambralles
22. Cote d'Amermont
21. Cote de la Redoute
20. Rue Saint-Roch
19. Voie des Chars
18. Cote de Drolenval
17. Mur de Huy
16. La Gayolle
Lijst des Waalse monsters deel 1
Foto: CycloWorld (Voie des Chars), Kuitenbijters.com (Mur de Huy)
Discount on event tickets up to 50% and much more.