“Nooit meer, onthoud heel goed, dít gaan we nóóit meer doen.” Dit mantra herhaalde zich eindeloos in mijn hoofd. Drie jaar geleden ergens in Zwitserland op een bergje zonder naam. We hadden net die mooie vlakke weg bij het Meer van Zürich verlaten en de route jaagde ons snel omhoog. Vergelijk het maar met de Kruisberg, direct gevolgd door de Eyserbosweg, drie keer de Keuterberg en nog eens de Eyserbosweg. Waarom makkelijk doen als het moeilijk kan? Omdat dit The Ride is, simpel. Een serieuze uitdaging waarbij afzien en genieten hand in hand gaan. En zo kan het gebeuren dat ik op 5 juni toch weer aan de start sta. Ditmaal niet in Prato, maar in Bédoin. Hopend op een vrolijker mantra.
Je stapt op vrijdagochtend op de Cauberg in de bus en rijdt met zo’n 250 lotgenoten naar Bédoin. Dat zal pak ‘m beet zo’n 14 uur tijd kosten. Vervolgens staar je op zaterdag naar de top van de kale berg en je voelt het adrenalineniveau in je lichaam stijgen. Adrenaline, dat stofje dat je nodig hebt in de vecht-of-vlucht-modus. Voor vluchten is het te laat, het wordt dus vechten. In acht etappes fiets je weer terug naar de Cauberg. De lat ligt hoog, maar voor wie goed getraind heeft, is het een prachtig avontuur. Wie The Ride finisht zal voor altijd met een heel speciaal gevoel de Vaalserberg op fietsen. Thuiskomen op het Drielandenpunt.
In 2016 vond de eerste editie van The Ride plaats, toen nog vanaf de Stelvio. In acht dagen door acht landen terug fietsen naar Valkenburg. Na vier jaar Stelvio (2020 verviel door covid) werd in 2021 gestart vanaf de Madeleine en dit jaar is dus de Ventoux aan de beurt. Als deelnemer dompel je je onder in een eat-sleep-cycle-bubbel. Waarbij eten, fietsen en slapen ook vrijwel het enige is dat je zelf hoeft te doen. Je fietst van camping naar camping waarbij je bagage vervoerd wordt, je tentje opgezet, je eten gekookt, je benen gemasseerd en je fiets gerepareerd als dat nodig mocht zijn. Motards controleren elke dag de route en zijn nooit ver weg om assistentie te verlenen. Koersdirecteur Carlo van Nistelrooy schreeuwt met liefde iedereen, hangend uit het raampje van zijn koerswagen, hoogstpersoonlijk omhoog. Onderweg zijn er dagelijks twee verzorgingsposten om energie bij te tanken. Allemaal bemenst door vrijwilligers. Met het verstrijken van de week groeit hun heldenstatus bij de deelnemers.
Routebouwer Gijs Bruinsma heeft er ook dit jaar voor gezorgd dat je maximaal ‘bang for your buck’ krijgt. De route is om je vingers bij af te likken. Een klein doorkijkje:
Zondag 5 juni:
Bédoin – Veynes via de Mont Ventoux, Col de l’Homme Mort, Col de St Jean (2940 hm, 134 km)
Maandag 6 juni:
Veynes – Bourg d’Oisans via de Col du Festre, Col de Parquetout, Col d’Ornon, Alpe d’Huez (3590 hm, 134 km)
Dinsdag 7 juni:
Bourg d’Oisans – Meer van Annecy via de Col du Glandon, Col de Tamié (2630 hm, 133 km)
Woensdag 8 juni:
Meer van Annecy- Ornans via La Combe de Sillingy, Col de la Croix de la Serra, Tabagnoz, Lac de Bellefontaine (2810 hm, 210 km)
Donderdag 9 juni:
Ornans – Xonrupt-Longmer via de Ballon d’Alsace, Col du Page, Col de Bramont, Col des Feignes (3440 hm, 186 km)
Vrijdag 10 juni:
Xonrupt-Longmer – Corny sur Moselle, een overgangsetappe van 163 km en 1070 hm
Zaterdag 11 juni:
Corny sur Moselle – La Roche en Ardenne via Tellancourt, Bombois, Rue de Stocquet, Beaulieu (1950 hm, 177 km)
Zondag 12 juni:
La Roche en Ardenne – Valkenburg via Côte de Beffe, Le Rosier, Côte de Surister, Côte des Trois Frontières, Cauberg (1940 hm, 142 km)
Omleidingen daargelaten bedraagt de gehele route een kleine 1300 kilometer en ruim 20.000 hoogtemeters. Vanuit team CycloWorld gaat ook Guy Moritz deze uitdaging aan. Een terugblik volgt zodra het energielevel na afloop weer wat op peil is. We hebben er zin in!